Op een heldere dag, op het witte strand voor onze cabaña op San Pedro, besluiten we om niet de beruchte duiktrip te maken naar de Blue Hole, het metersdiepe donkerblauwe gat in de Caraïbische zee.
Zulke ervaren duikers zijn we niet, van de twee uur durende tocht erheen word je kotsmisselijk, het is hartstikke duur (zo’n 300 dollar per persoon) en – al zegt iedereen hier heel relaxt dat het geen probleem is om tien meter verder te duiken dan we van ons papiertje mogen – het zit me toch niet lekker. Al deze argumenten hebben het uiteindelijk gewonnen van dat ene grote voordeel: mee kunnen praten over de binnenkant van de grootste onderwaterattractie van Belize. Het is zo’n beslissing die je achteraf altijd betreurt. ‘Maar goed’, zeg ik bemoedigend tegen een ietwat teleurgestelde Robin, ‘dan zijn we er in ieder geval nog om iets te kunnen betreuren.’
SHARK RAY ALLEY
Tegen dit softe besluit moet natuurlijk een ander heldhaftig verhaal staan waar we nog enigszins mee thuis kunnen komen. Dat heeft Robin zo geregeld. Er ligt namelijk een steegje in de Caraibische oceaan (Shark Ray Alley) en zoals de naam je waarschijnlijk al doet vermoeden kan je daar verschillende vissoorten bewonderen, zoals de pijlstaartrog en verpleegsterhaaien.
De plek is de eerste van twee snorkellocaties waar je vanaf San Pedro (maar vanaf Caye Caulker kan ook) met een boot wordt heen gebracht. Aangezien ik al degene ben die het hele Blue Hole-avontuur om zeep heeft geholpen, zeg ik tegen Robin dat niets me leuker lijkt dan zo’n gezellig snorkeltochtje te ondernemen (of wat ik eigenlijk denk: metersgrote haaien en de moordenaar van Steve Irwin te ontmoeten, maar dat klinkt meteen weer zo negatief).
We staan om twee uur ’s middags klaar op de pier van onze duikschool Amigos del Mar. Onze Amigo heet Captain Babar en lijkt als twee druppels water op Willie Wartaal. Ik zie al voor me hoe ik terug naar de boot zwem zonder arm en dat hij dan roept ‘Watskeburt!?’ Het stelt me enigszins gerust dat we niet de enigen met ledematen zijn waar de haaien straks uit te kiezen hebben, want het wachten is op een ander koppel. Als Captain Barbar de ‘bait’ (dode vissenkoppen) in de boot gooit, deelt hij vrolijk mee: ‘You guys are really lucky. The other couple won’t be joining us.’ En zo vertrekken we met zes armen en zes benen en een hoop dode vissenkoppen naar de Hol Chan Marine Reserve, het reservaat op iets meer dan een kwartier varen van ons mooie eiland.
JOEKELS VAN OGEN
Mijn tactiek, eenmaal aangekomen op de plaats van bestemming, verbaast ook mijzelf. In het heldere turquoise water zien we de verpleegsterhaaien met hun Japanse krulsnorretjes in grote getalen aan komen zwemmen. Als Willy Wartaal zijn lading vis overboord kiepert, zijn de haaien even afgeleid en grijp ik mijn kans. Terwijl Robin nog wat bedachtzaam in het water tuurt, plons ik aan de voorkant van de boot het water in. Al maken de haaien als ik dichterbij zwem op mij best een grote indruk, dat blijkt al gauw geheel niet wederzijds. Ook de pijlstaartroggen die met wapperende vleugels onder ons doorglijden hebben wel wat beters te doen dan zich bezighouden met wat ronddobberende toeristen. De vis die ons als enige alle aandacht van de wereld geeft en me daardoor nog het meeste angst aanjaagt, is de grootoogmakreel (Horse Eye Jack).
Het exemplaar is niet eens zo groot, maar heeft wel joekels van ogen waarmee hij me van heel dichtbij zeer indringend aanstaart. De vis heeft er ook een handje van om in een soort kamikazeactie recht op mijn snorkelbril af te komen zwemmen en pas op het allerlaatst af te slaan. Na een half uur klauteren we weer terug in de boot, op naar onze volgende snorkellocatie. Geen haaien dit keer, maar wel kleurrijk koraal, gestipte roggen, zilveren barracuda’s en een schildpad die op z’n gemakje naar wat zee-gras hapt. Bij een ondergaande zon zoeft Babar met ons over het blauwe water, tot we bij de pier van ons eigen huisje zijn waar hij ons afzet.
Die avond lurken we op een terrasje onder de palmbomen voldaan aan onze cocktails. Hebben we toch nog een interessant verhaal te vertellen. En als dat met de haaien niet werkt, kunnen we altijd nog zeggen dat we Willy Wartaal hebben ontmoet.
Let's go to…
My World is Yours hecht belang aan het onafhankelijk kunnen schrijven over de bestemmingen. Ben je geïnspireerd geraakt door de verhalen en/of heb je bruikbare tips gekregen en zou je in de toekomst graag meer reisverhalen lezen op My World is Yours? Doe dan hier een kleine bijdrage voor het onderhouden en uitbreiden van deze website. Alvast heel erg bedankt!
My World is Yours hecht belang aan het onafhankelijk kunnen schrijven over de bestemmingen. Ben je geïnspireerd geraakt door de verhalen en/of heb je bruikbare tips gekregen en zou je in de toekomst graag meer reisverhalen lezen op My World is Yours? Doe dan hier een kleine bijdrage voor het onderhouden en uitbreiden van deze website. Bij een bijdrage vanaf € 5,- ontvang je een mooi vormgegeven e-book (in PDF) van een land naar keuze. Alvast heel erg bedankt!
en ontvang een e-book